14 december

Stormen

Liefdevolle Heer, wij danken U voor Uw wonderbare bewarende macht.
Er bestaat geen groter wonder dan de wonderbare bewaring van een ziel door Mijn Macht. De machten van het kwaad beuken en bestormen zo'n ziel, maar zij zijn machteloos. Stormen woeden tevergeefs.
Die ziel gelijkt een koele tuin met geurende bloemen en bijen en bomen en spuitende fonteinen midden in het rumoer van een grote stad. Tracht zó je leven te zien.
Niet alleen als een kalm en onbewogen leven, maar als een leven, dat een welriekende reuk verspreidt, en schoonheid tot uitdrukking brengt. Verwacht echter stormen. En weet dit - je kunt je niet aan je grote vriendschap houden en aan je verbintenis om Mijn werk te doen, en aan je grote liefde voor Mij, zonder bij allen, die je ontmoet en die niet aan Mijn kant staan, de afgunst, haat en boosheid op te wekken.
Waar valt de vijand aan? Bij de vesting, bij het bolwerk, niet in de troosteloze woestijn.

Vreugdeliederen

Je moet bidden met betrekking tot allen die je van plan bent te ontmoeten. Bid dat je hen dapperder, beter en gelukkiger achterlaat, omdat ze je ontmoet en met je gepraat hebben.
Het leven is zo ernstig, laat niets je doen afwenden van je verlangen om te dienen en te helpen. Besef al wat je in staat bent te bereiken in je ogenblikken van het krachtigste gebed en dienstbetoon en bedenk dan wat je al niet zou kunnen volbrengen indien je verlangen altijd zo intens zou zijn.
Verheug je in Mij. De blijdschap des Heren moet inderdaad je kracht zijn. Je moet zelf opzij gaan en wachten totdat die blijdschap je hele wezen overstroomt, indien je wenst te dienen.
Laat blijdschap je hart en gedachten verheven houden boven ergernissen en zorgen. Als je wilt dat de muren van de stad omvallen, dan moet je eromheen trekken met vreugdeliederen.