30 november

Van eigen ik naar God

De eeuwige God is uw toevluchtsoord (Deut. 33:27)
Een plaats om naar toe te vluchten, een heilig toevluchtsoord. Een plaats om aan misverstanden te ontkomen, om te ontkomen aan je eigen ik. Je kunt van anderen afkomen door je in de stilte van je eigen wezen terug te trekken, maar waar moet je heen om je eigen ik te ontvluchten, waar moet je heen met je gevoelens van mislukking, zwakheid, zonden en tekortkomingen?
Naar de eeuwige God, je toevluchtsoord. Totdat je in Zijn oneindigheid je kleinheid, je geringheid en je beperktheid vergeet. Totdat het gevoel van opluchting, omdat je veilig bent, plaats maakt voor vreugde uit waardering voor je toevluchtsoord, en totdat je het Goddelijke in je opneemt, en zodoende kracht krijgt om te overwinnen.

Voer de vlag

In je leven en aan je huis heb je de vlag van Mijn koningschap ontrold. Blijf die vlag voeren. Gedeprimeerdheid, ongehoorzaamheid, en gebrek aan geloof, dit is het halfstok vlaggen met Mijn koninklijke vlag. Voluit en vrij, boven aardse nevels en dampen, blijf Mijn vlag hoog voeren.
'De Koning is daar, zij dienen de Koning', behoort te zijn op de lippen en de harten van allen die haar zien. Zij die je kennen, moeten zich eveneens voegen bij hen die Mijn vlag voeren.